Naborrelen met Patrick Nederkoorn
Door Eveline van Gils
De één was komiek en werd politicus en de ander doorliep min of meer dezelfde reis maar dan precies andersom. Ik heb het over Volodymyr Zelensky en Patrick Nederkoorn. Toegegeven: Volodymyr Zelensky werd president van Oekraïne, terwijl Patrick Nederkoorn actief was in de Amersfoortse gemeenteraad, maar toch. Het gegeven blijft interessant. Zeker nu de 40-jarige theatermaker een voorstelling heeft geschreven over de Oekraïense president.
Het leven van de komiek die president werd van een land in oorlog, fascineert hem. Samen met Arjen Arnoldussen en de Theatertroep maakte hij de voorstelling Zelensky hier. De titel verwijst naar de woorden van Zelensky vlak na de Russische inval. ‘Wij zijn hier,’ zei hij. ‘De president is hier, onze strijdkrachten zijn hier, de burgers zijn hier.’ Een daad van uiterste moed.
In tegenstelling tot Zelensky was Patrick in de politiek als een vis op het droge. ‘In het theater moet je vragen stellen, in de politiek moet je antwoorden geven. Dat haalde het slechtste in me naar boven.’ Na vier jaar als D66-raadslid verruilde hij het openbaar bestuur voor het toneel waar hij in tien jaar tijd maar liefst vijf voorstellingen schreef.
De rode draad in zijn werk is de actualiteit. Zonder uitzondering gaan al zijn shows over maatschappelijke problemen. Zaterdagmiddag om 15 uur is Patrick dan ook onderweg naar zijn andere voorstelling, Hoogtij, die (hoe kan het ook anders) over klimaatverandering gaat. ‘Ik ben soms jaloers op komieken die een voorstelling kunnen maken over een abstract thema. Engagement is dan wel mijn vertrekpunt, ik wil ook dat er gelachen wordt.’
Die combinatie van lichtheid en ernst is soms ingewikkeld. Grappen maken over een oorlog die nog woedt, is als Epke Zonderland die met de Cassina-Kovacs-Kolman-combinatie van de rekstok springt: briljant bij een goede landing, pijnlijk wanneer je mist. Tot dusver gaat het goed. De Oekraïense Vita Kovalenko, die dinsdagavond naast Patrick aanschoof bij Op1, was ontroerd door de voorstelling. ‘Daar was ik zo blij mee, want we willen niemand kwetsen of choqueren.’
Wat voor concessies heb je daarvoor moeten doen?
‘Een Oekraïense journalist en een Oekraïense theatermaker hebben het stuk voor ons gecontroleerd. Er was één scène waarin Zelensky, toen nog als komiek, met een stijve penis het Oekraïense volkslied op de piano speelt. Toen Zelensky zelf die grap schreef, stond het volkslied voor de onafhankelijkheid van het land, inmiddels heeft het lied een hele andere lading. Het staat nu voor alle doden die er sinds de oorlog zijn gevallen, daardoor past het lied niet meer bij zo’n platte scène.’
Welke grenzen heb je ervaren bij het satiriseren van een levend politiek figuur?
‘Dat was best ingewikkeld. Het stuk wordt gemaakt en gespeeld door Nederlanders, we moeten niet doen alsof we precies weten hoe het in Oekraïne gaat. Theater draait gelukkig om verbeelding en we hebben voor een vorm gekozen waarin we de oorlog naar onszelf toetrekken. We maken duidelijk dat het onze ideeën zijn, onze kijk op hoe het zou kunnen zijn gegaan. We hebben deze vragen over feit en fictie ook verwerkt in het stuk. Wat is waargebeurd en wat is gereconstrueerd? We willen de zaal zo laten nadenken over hoe een informatieoorlog werkt.’
Is je beeld van Zelensky veranderd door deze voorstelling?
‘Ik ben nog meer overtuigd geraakt dat hij écht meent waar hij voor strijdt. Hij was een opportunist, maar sinds de invasie is hij gaan samenvallen met waar hij voor staat. Daardoor komt hij zo geloofwaardig over. Hij is veranderd. Als hij nu een grap maakt is het vaak nog beter dan toen hij nog komiek was. Ook ben ik erg onder de indruk van zijn taalgebruik. Hij weet altijd precies de juiste snaar te raken. Zijn speeches zijn doordrenkt van emotie en menselijkheid. Toen hij in Den Haag bij het Vredespaleis sprak, opende hij met: ‘Jullie hadden hier waarschijnlijk liever een andere Vladimir gezien.’ Briljant, toch? In één zin legt hij de kern van het hele conflict bloot, namelijk dat het draait om iets wat iemand anders heeft veroorzaakt.’
Lijken jullie op elkaar?
‘We proberen allebei lichtheid te brengen in ernstige situaties, maar daar houdt het ook op. Hij is zo moedig. In vergelijking met hem ben ik een bang vogeltje.’
Is een voorstelling in het Duits maken in Duitsland terwijl je gebrekkig Duits spreekt niet moedig?
‘Ha!’
Naast zijn voorstellingen in Nederland, speelt Patrick sinds 2019 ook in Duitsland. Reden daarvoor is een verontrustende lezing die hij bijwoonde over de stijgende zeespiegel die ons land binnenkort onder water zet. Hij besloot hierdoor om als eerste Nederlandse klimaatvluchteling in Duitsland een voorstelling te gaan maken. Ondanks zijn matige Duits (door een sadistische leraar en gebrek aan motivatie) werd de voorstelling een groot succes. Hij doorkruiste het halve land en sleepte zelfs meerdere Duitse cabaretprijzen binnen.
Wat is moeilijker: in het Duits optreden over het klimaat of een Nederlands toneelstuk schrijven over Zelensky?
‘Het grappige is dat ik me juist in Duitsland veel vrijer voel dan hier. Hier weet ik wat mensen leuk vinden en probeer ik daaraan te voldoen, maar daar kon dat niet omdat ik geen idee had. Ik ben een soort exoot voor hen, ze beginnen meteen te lachen als ik opkom. In Nederland ben ik een serieuze cabaretier, daar ben ik gewoon een rare gek. Mijn Duitse woordenschat is ook beperkt waardoor ik geen mooie zinnen kan formuleren, wat een totaal onbevangen gevoel geeft.’
In een recensie over jou staat: hij maakt een soort intelligent, geëngageerd cabaret maakt dat nauwelijks meer door de nieuwe generatie wordt gemaakt. Is het kwalijk dat andere cabaretiers minder mee bezig zijn met maatschappelijke vraagstukken?
‘Kijk: je moet onderscheid maken tussen vakmanschap en thema’s. Heel veel cabaretiers zijn veel beter dan ik in vakmanschap en niet iedere show hoeft geëngageerd te zijn, maar ik kan niet anders. Mijn inspiratie zit in datgene waarover ik pieker. Dat is altijd zo geweest. Van jongs af aan was ik geobsedeerd door het nieuws. Als tiener zat ik vaak nog tot ’s avonds laat politieke programma’s te kijken.’
Patrick groeide op in een gereformeerd arbeidersnest in Amersfoort. In tegenstelling tot de anderen belandde hij op het vwo. Een plek die voor hem meer toevallig dan rechtmatig voelde. ‘Ik heb altijd gedacht dat ik eigenlijk niet genoeg wist om op de plek te zijn waar ik was’, vertelde hij eerder in Nooit Meer Slapen. ‘Ter overcompensatie ging ik dan etaleren wat ik wel wist.’
Je kiest in je voorstellingen telkens onderwerpen waarin jij niet per se dé expert bent. Je toert door Duitsland zonder Duits te kunnen, je treedt op over klimaatverandering zonder dat je wetenschapper bent en je schreef een voorstelling over Zelensky zonder Oekraïens te zijn. Denk je dat je dat durft, omdat het vroeger sowieso al vaak voelde alsof je ergens door toeval was beland?
‘Daar heb ik nog nooit zo over nagedacht. Misschien verklaart het mijn keuze voor cabaret. Cabaret gaat namelijk over de worstelende mens, over imperfecties. In cabaret hoef je niet alles te weten. Als ik in een serieus wereldje terechtkom, wil ik het meteen heel goed doen. Dat merkte ik ook toen ik in de lokale politiek zat. In het theater zorgen fouten zorgen juist voor humor. Mensen kunnen zich veel beter identificeren met momenten van twijfel. In de voorstelling over klimaatverandering speel ik iemand die alles verkeerd aanpakt. Dat geldt ook voor Zelensky. Zijn menselijkheid is veel boeiender dan een heldenverering.’
Je vertelde eerder dat je was geschrokken van de hoeveelheid klimaatwetenschappers met depressieve klachten. Neem je dat over als je, net als jij, je jarenlang verdiept in dit klimaatverandering?
‘Ik heb gelukkig een behoorlijk opgeruimd karakter waardoor het niet zo aan me plakt. Neem nu bijvoorbeeld het nieuws over de dood van Navalny. Dat vind ik echt verschrikkelijk, maar het verlamt me niet. Als ik iets naars meemaak, ook privé, dan kan ik mezelf een boost geven. Anders zou ik dit werk ook niet kunnen doen.’
Wat moet ik me bij zo’n ‘boost’ voorstellen?
‘Het is alsof er een soort geestelijke pacemaker in me zit. Zoals een pacemaker het hart met een schok laat tikken, kan ik mezelf tot actie pushen zodra er iets naars gebeurt. Ik verwerk nieuws door er voorstellingen over te maken. Op die manier doorgrond ik de actualiteit, zonder erin te verdwijnen. Ik lees alles wat er te lezen valt en vorm dat tot een geheel. Ik maak er een voorstelling van en zodra de tour voorbij is, kan ik het loslaten.’
Zit daar ook een nadeel aan?
‘Soms verlang ik wel naar wat zwaarte. Ik haal veel energie en inspiratie uit mensen die de zwaarte van het leven kennen. Zij voeden mijn gedachten. De afgelopen jaren is er veel gebeurd in mijn leven. Mijn moeder werd ziek, ik ben verhuisd en kreeg een kind. In die heftigheid wilde ik evenveel blijven doen als daarvoor, maar voor het eerst ging dat gewoon niet. Ik werd gedwongen om een stap terug te doen, stil til te staan bij de zwaarte. Dat was goed, ik heb nu meer focus. Tien jaar lang moest ik van mezelf alles aangrijpen wat er op mijn pad kwam om te kunnen overleven in dit vak, maar dat hoeft niet nu niet meer. Ik ben geen BN’er, maar ik ben wel op een punt waarop ik de meeste van mijn ideeën mag realiseren. Dat geeft rust.’
En waar ben je nu over aan het piekeren? Wat word je volgende voorstelling?
‘Ik ben verhuisd, van Amsterdam naar de Veluwe, en daar lopen wolven rond. In theorie vond ik dat een geweldig idee, maar nu ik daar met mijn zoontje woon, vind ik het eigenlijk behoorlijk angstaanjagend. Er zijn zelfs pootafdrukken en uitwerpselen gevonden vlak bij mijn huis. De voorstelling zal gaan over hoe wij ons verhouden tot de natuur. Wist je dat wolven hun kroost ongeveer hetzelfde opvoeden als wij?’