”Dat er na twee jaar niet eens excuses komt, vind ik pijnlijk”
Het kabinet wilde het eerst niet doen, maar het erkent nu wel dat er daadwerkelijk institutioneel racisme heeft plaatsgevonden bij de Belastingdienst. Janet Ramesar was er zelf de dupe van en belandde in zware schulden. Advocaat Khadija Bozia is bezig met juridische stappen namens de gedupeerden.
Het kabinet erkent institutioneel racisme bij een deel van de Belastingdienst. Onbewust, ongemerkt en indirect racisme, volgens staatssecretaris Van Rij van Financiën. ”Dat gelooft toch helemaal niemand”, zegt gedupeerde van de toeslagen-affaire Janet Ramesar. ”Ik denk het weer gewoon een soort van rookgordijn is. De Kamerbrief die gestuurd is, is acht kantjes. Daar kom je als normaal mens niet eens doorheen. Dit is niet erkennen voor mij.” Excuses werden niet gemaakt door de staatssecretaris. Teleurstellend voor Janet: ”Ik ben wel op een punt dat ik gewoon excuses verwacht. Dat er na twee jaar niet eens een excuses komt, dat er eigenlijk gewoon nog steeds niks gezegd is, dat vind ik pijnlijk.”
Terughoudende brief
Advocaat Khadija Bozia staat tachtig gedupeerden van de toeslagenaffaire bij en is blij dat er eindelijk erkenning is, maar ziet wel een erg terughoudende brief van de staatssecretaris. ”Het is mooi dat het er nu ligt, maar op het moment dat je de brief gaat lezen dan merk je wel dat het een terughoudende brief is. Wollig, veel woorden, veel mitsen en maren. Als je de brief een paar keer leest dan denk je, wat staat er eigenlijk in? Het is best wel omslachtig.”
Niet alleen bij Belastingdienst
Bozia heeft aanwijzingen dat de Belastingdienst niet de enige overheidsinstantie is waarbij sprake is van institutioneel racisme. ”Dat weet ik wel bijna zeker. Maar als de informatievoorziening op deze manier blijft komen zullen wij nooit weten wat er precies gaande is. Maar die onvrede bij burgers, het wantrouwen, de manier van hoe je wordt aangesproken en hoe je wordt behandeld, daar zit wel een rode draad in. Dat zie je ook bij uitvoeringsinstanties wel terug. Tijd zal leren dat het ook bij andere overheidsinstanties plaatsvindt.”