Naborrelen met Eric van ’t Zelfde
Door Eveline van Gils.
Jarenlang veranderde alles wat Eric van ’t Zelfde (51) aanraakte in goud. Schreef de bekendste rector van Nederland een boek, dan werd het een bestseller. Een programma op tv? Televizier-nominatie. Lezingencircuit? Hij werd Spreker van het Jaar. Het ging goed, zo goed dat hij – naar eigen zeggen – iets te veel in zichzelf ging geloven.
Dat besefmoment kwam tijdens een call in zijn BMW. ‘Via achttien Bose-speakers in die veel te dure midlife-wagen zat ik te lullen over problemen aan de onderkant van de maatschappij.’ Dat voelde fout. Hij wilde af van zijn auto en terug naar zijn idealen. Geen stukken typen in een warm kantoor, maar daar zijn waar hij echt nodig is. Hij gaf zijn hoge functie in het onderwijs op en schenkt nu koffie in de Rotterdamse Pauluskerk. Een open huis waar hij daklozen, maar ook mensen met een verslaving opvangt.
Nogal een koerswijziging voor iemand die, mede door DREAM SCHOOL, volledig was samengesmolten met zijn schooldirecteurschap. Hij is en blijft dan ook de ultieme rector. Als je de bevlogenheid van Louanne Johnson (Dangerous Minds) mixt met de eigenzinnigheid van Perkamentus (Harry Potter) en de strenge blik van Bulstronk (Matilda) krijg je iets wat op Eric van ’t Zelfde lijkt.
Sinds hij in 2009 van het beruchte Hugo de Grootcollege in Rotterdam-Zuid een van Nederlands beste scholen wist te maken, kon zijn reputatie niet meer kapot. Probleemscholen door het hele land onthaalden Van ‘t Zelfde als de onderwijsmessias. Hij boekte succes na succes tot september vorig jaar. In het Drachtster Lyceum in Friesland vielen zijn onorthodoxe methoden niet in de smaak. 72 dagen na zijn komst vertrok hij.
En nu schrobt hij wc’s in de Rotterdamse Pauluskerk. ‘Als het 0 graden is en het regent de hele nacht, komen die mensen echt gruwelijk slecht binnen. IJskoud, drijfnat en ze hebben eigenlijk maar een paar basisbehoeften. Thee of koffie, een boterham, douchen en kleding,’ vertelde hij woensdag in Op1.
Een paar dagen later oogt Van ’t Zelfde nog groter dan normaal vanachter een klein wit bureautje dat van zijn zoon blijkt te zijn. Om de chaos van het huishouden ‘héél even niet gestoord te worden’ is hij naar zijn slaapkamer gevlucht.
Wat voor vader ben jij?
‘Relaxed denk ik. Of trouwens, misschien ben ik wel streng. Geen enkel kind loopt perfect in het gareel, je moet ze altijd een beetje in de gaten houden toch?’
Door op Magister te kijken?
Lacht. ‘Ik was groot Magister-fan, maar het is een onbeholpen controlemachine geworden. Sommige ouders bellen hun kinderen binnen vijf minuten tijdens de les op zodra ze een slecht cijfer zien verschijnen. Ik probeer mijn kinderen wat meer vrij te laten, ook nu ik opeens zeeën van tijd heb door mijn nieuwe baan. Ik heb denk ik wel 100 pruimentaarten voor ze gebakken de afgelopen maanden. Ze kunnen geen taart meer zien.’
‘Ik had een lesje in nederigheid nodig’, zei je in Op1. Waaraan merkte je dat?
‘Ik was iets te veel in mezelf gaan geloven. Na het succes op de Hugo de Grootschool werd ik steeds gevraagd om probleemscholen te redden. Vaak lukte dat.’ Ernstige blik. ‘Succes is een gevaarlijke metgezel. Ik ben mezelf gaan overschatten. Toen het Drachtser Lyceum mijn hulp vroeg, dacht ik dat ik het wel even kon fixen.’
Van ’t Zelfde was aangetrokken om orde op zaken te stellen, maar belandde al snel in een ruzie met de medezeggenschapsraad over zijn plannen. De Inspectie van het Onderwijs ontving maar liefst 16 melddingen over de ruzie, volgens de raad dreigde Van ’t Zelfde kritische medewerkers te ontslaan. Nog voor een onderzoek kon worden ingesteld, besloot hij te vertrekken. Volgens Bestuursvoorzitter Pieter Schram ontaarde de ‘discussie over noodzakelijke veranderingen’ in een machtsstrijd tussen een kleine groep docenten en de school’.
Wat had je anders moeten doen?
‘Achteraf gezien had ik beter naar mijn intuïtie moeten luisteren. Ik had nooit naar Friesland moeten gaan. Maar liefst 5 schoolleiders voor mij was het niet gelukt, maar ik dacht dat ik het wel kon rechttrekken. Het was een giftige omgeving. Elke maandag zakte de moed me in de schoenen zodra ik langs Welkom in Friesland reed.’
‘Pas weken nadat ik stopte, werd ik een beetje de oude. Toen ben ik gaan solliciteren bij Team Aandacht in de Pauluskerk.’
En hoe bevalt dat?
‘Ik ben gelukkiger dan ooit. Het is alsof ik een nieuw personage in mijn eigen verhaal heb ontdekt. Eindelijk ben ik van dat gekonkel af. Ik ben omringd door een team dat echt om mensen geeft. Het lijkt bijna alsof deze vrijwilligers rechtstreeks uit een zen-boeddhistisch klooster komen, met hun onbaatzuchtigheid en gebrek aan oordelen.’
Benader je de verslaafden en daklozen die naar de Pauluskerk komen op dezelfde manier als je scholieren benaderde?
‘Nee. Je moet maandenlang aanwezig zijn, zodat ze een band met je kunnen opbouwen. Ze zijn heel erg op zoek naar vertrouwen. Soms is een bak koffie en een luisterend oor genoeg of iets simpels als een postadres regelen.’
In het onderwijs tref je mensen eerder in hun leven, nu zijn sommigen al vele ongelukkige afslagen later. Is dat ingewikkeld?
‘Ik probeer telkens te onthouden dat deze mensen ooit ergens leerling zijn geweest. Je voelt aan alles dat er kansen zijn gemist. Als ik twee gastjes zie die van school gestuurd zijn en nu jaren later bij de Pauluskerk aankloppen, breekt mijn hart. Het is een groep die vaak als kind al in de steek is gelaten. Er was een man die met een ernstige wond binnenkwam. Zijn geur was zo intens dat anderen niet meer naar binnen wilden waardoor we moesten beslissen of we hem nog konden toelaten. Het zijn bizarre situaties die je niet kunt verzinnen.’
Ben je goed in dit werk?
‘Ik denk het wel. Ik ben leergierig en schrik niet van een opstootje.’ Denkt na. ‘Ik heb me altijd heel verbonden gevoeld met opstandige leerlingen. Ik heb zelf op vijf verschillende middelbare scholen gezeten, waardoor ik begrijp wat ze doormaken en hoe je ze kunt motiveren.’
Herken je ook iets van jezelf in de Pauluskerkbezoeker?
‘Een stuk minder. Ik ben ook verslavingsgevoelig, maar kan mezelf altijd vrij snel weer in het gareel roepen. Die kracht is niet iedereen gegund. Blowen vond ik bijvoorbeeld veel te lekker, maar ik ben in één keer gestopt. Tegelijkertijd weet ik dat je maar weinig missers nodig hebt om als fatsoenlijk mens op straat te belanden.’
Wat was jouw grootste misser?
‘Oh mijn god.’ Grijpt naar voorhoofd. ‘Ik heb wel eens €100.000 verloren toen de beurs instortte. Ik was 22. Dat was een dure les. Ik ben meteen naar de kroeg gegaan en dat heb ik even volgehouden. Uiteindelijk ben ik gelukkig weer opgekrabbeld.’ Lacht. ‘Ik ben nogal extreem.’
In alles?
‘Helaas wel. Als ik ga hardlopen, is vijf kilometer nooit genoeg. Als ik voor werk ga fietsen, moet ik meteen 250 kilometer. Even naar de kroeg, loopt al snel volledig uit de hand. Ik hou ervan om gek te doen. Als ik lesgeef, wil ik de lastigste klassen. Schrijven? Alleen een bestseller telt. En vakanties? Altijd zes weken. Altijd XL. Dat ben ik. Die eigenschap heeft me ook veel gebracht.’
Is het soms ingewikkeld om met mensen te werken die niet zo zijn?
Denkt na. ‘Ja. Dat is mijn valkuil. Voor mij is het simpel: ik ga tot het uiterste om een kind te helpen, ik vind het vreemd dat niet iedereen zo denkt.’
Is dat wat er misging in Friesland?
‘Ja. Niet alleen in Friesland, maar in heel Nederland ontbreekt het veel leraren aan moed, karakter en ruggengraat. Er zaten daar bijvoorbeeld kinderen uit Aleppo die verschrikkelijke, mensonterende dingen hadden meegemaakt. Alsnog deden ze het geweldig, maar na de meivakantie in 6VWO liep hun vijfjarige termijn af waardoor ze geen recht meer hadden op verlenging bij hun toetsen. Uit pure ellende belde ik de inspectie, maar die durfde geen besluit te nemen. Hoe kan je van zoiets simpels een probleem maken? Een oneerlijke wet is geen wet. Toen heb ik het heft in eigen handen genomen en ze gewoon die extra tijd gegeven. Je moet soms buiten de lijntjes kleuren om het juiste te doen. De leraar van nu is veel te moe en te bang daarvoor. Van de 50 schooldirecties die ik bezoek, lopen er 48 helemaal leeg over hun personeel.’
Is het vak niet ook uitdagender geworden de afgelopen jaren?
‘Het klopt dat de ouders en kinderen van nu ingewikkelder zijn waardoor de druk op docenten toeneemt, maar je hoopt toch dat ze iets gedrevener worden. Alles wat je van ze vraagt is grensoverschrijdend. Ik geloof niet dat het onderwijs met deze mensen en tekorten de komende 15 jaar gaat verbeteren.’
Waarom ben je in het onderwijs gaan werken als het type mens wat er werkt je niet ligt?
‘Dat is niet altijd zo geweest. Veel krankzinnig goede, ervaren docenten zijn de afgelopen jaren met pensioen gegaan. En ik hou er ook van om juist in dit soort werelden te werken waar je tegen de tuttige pilaren kunt schoppen. Ik ben alleen veel te lang doorgegaan. Daar schaam ik me voor.’
Waarom?
‘Ik schaam me dat mijn kinderen de prijs voor mijn ego hebben moeten betalen. Ik vond mezelf een goede stabiele vader, maar dat klopt natuurlijk niet als je vier dagen per week in Friesland zit. Ik weet als geen ander hoe belangrijk het is dat je ouders er zijn. Ze hadden mijn hulp nodig, maar ik was er niet.
Denkt na. ‘Ieder mens is verslaafd, dat leer ik nu. Misschien was werken mijn verslaving. Daar ben ik in ieder geval helemaal van genezen.’
Wat is jouw verslaving nu?
‘Ik ben nu een stevige non-workaholic.’ Handen omhoog. ‘Geweldig. Ik werk 3 of 4 dagen en de rest van de week ga ook eindeloos lunchen, taart bakken of lullen met de kaasboer. In alles wat ik doe, ben ik extreem. Dus ook in mijn nieuwbakken non-workaholicschap.’
Hoe lang kan jij nog koffie schenken voor jij je in de Pauluskerk met de organisatie gaat bemoeien?
Lacht ‘Vanuit een soort cognitieve hunkering ben ik ook wel aan het kijken van wat kan ik hier veranderen? Je kunt als Rotterdam een voorbeeld kunt zijn voor heel Nederland. Ik wil een opvangfaciliteit creëren met dagbestedingsmogelijkheden, zodat mensen zich niet zo hopeloos vervelen. Waarom zouden we niet gebruikmaken van al onze fysiotherapeuten, verpleegkundigen, beveiligers, sociologen en horecastudenten? Het fascineert me dat het nog niet is bedacht. Wat zegt dat over onze samenleving?’
Wat denk je?
‘Waarschijnlijk zorgen over aantrekkingskracht. Alsof er ook maar iemand vrijwillig dakloos wordt vanwege de leuke dagbestedingen. Het is zo wrang dat slechts één partij in de gemeenteraad, zoals Leefbaar in Rotterdam, zo’n mooi project kan tegenhouden. Als ze willen samenwerken, mogen ze bellen hoor. Misschien leef ik nog 29 jaar waarvan ik er 10 zonder stok op vakantie kan. Ik wil nu nog even knallen en daarna in een bejaardentehuis trots op mezelf wezen.’
Zou Minister van Onderwijs iets voor jou kunnen zijn?
‘Nee. Dat heeft nul nut. Als conciërge kan je nog meer bereiken. De politiek heeft wat mij betreft niets te zoeken op school. Het onderwijs heeft behoefte aan een langetermijnvisie, zonder grillige politieke partijen met hun moment-behoeftes.’
Kijk hier de uitzending met Eric van ’t Zelfde terug.