Met staatsbonnen schiet België spaarders te hulp
Ook bij onze zuiderburen is de ergernis groot: hoewel banken recordwinsten maken, blijft de spaarrente laag. De Belgische overheid grijpt nu naar onorthodoxe maatregelen: met staatsbonnen, waarmee spaarders hogere rente op hun spaargeld kunnen krijgen, zet de Belgische regering de banken onder druk de spaarrente te verhogen. Hoe werken de staatsbonnen precies en is het ook iets voor Nederland? We bespreken het met Belgisch minister van Financiën Vincent Van Peteghem.
In België kunnen mensen sinds vorige week zogenoemde staatsbonnen kopen. Dat betekent dat burgers geld uitlenen aan de staat en dat een jaar later met rente weer terugkrijgen. Omdat de rente op deze bonnen een stuk hoger is dan de spaarrente worden banken in België als het ware ‘gedwongen’ om de rente voor spaarders ook omhoog te gooien.
“Na aftrek van de belasting ontvangen investeerders na een jaar 2.81% rendement op hun staatsbon, een veel hoger rendement dan kleine spaarders vandaag de dag van hun bank ontvangen”, vertelt Belgisch minister van Financiën Vincent Van Peteghem, die zo enthousiast is dat hij zelf ook op de bonnen heeft ingetekend. “Uiteraard. Waarom zou het niet mogen? We hebben begin juli al aangekondigd, dus iedereen wist dat het zou komen.”
Slechts één jaar
De minister legt uit dat het vooral bijzonder is dat de staatsbonnen nu voor slechts één jaar gekocht kunnen worden. “De staatsbon is iets wat normaal gesproken voor een langere periode werkt, dus je zet je geld normaal 3, 5 of zelfs 10 jaar opzij. Wij hebben nu de mogelijkheid gecreëerd om het voor één jaar te doen.”
En dat Belgen blij zijn met de mogelijkheid om de staatsbon aan te schaffen, blijkt wel uit de enorme belangstelling. “Het is ongelofelijk”, vertelt Van Peteghem. “Er is nu al voor meer dan 12 miljard op de bonnen ingetekend.”