Jan Kluytmans over coronasneltesten en thuistesten in de praktijk
Uit onderzoek blijkt dat coronasneltesten en thuistesten in de praktijk bruikbaar zijn. Daarom starten er snel tien pilots, waarin gekeken wordt of deze testen op grote schaal kunnen worden ingezet. Dat kan zomaar een belangrijke stap zijn in de heropening van de maatschappij, want met een sneltest naast je tandenborstel weet je straks zeker of je veilig naar buiten kan. We bespreken het met arts-microbioloog Jan Kluytmans.
Vanuit het Amphia ziekenhuis in Breda vertelt Kluytmans dat het een relatief eenvoudig concept is. Hij en zijn team hebben onderzoek gedaan waarbij mensen, zonder begeleiding, zelf de test thuis uitvoeren. Het voorstel is dat wat bovenop gedaan moet worden van wat we nu al doen. Dit betekent dat we nog gewoon naar de teststraat gaan als we klachten hebben. Maar als we bepaalde activiteiten in de maatschappelijk weer mogelijk willen maken, we dit als preventieve test kunnen toevoegen. Kluytmans zegt dat dit de kans dat er toch problemen ontstaan en dat deze uit de hand lopen veel kleiner maakt.
Hoe werkt het?
Kluytmans legt uit dat men met zo’n test zelf met een wattenstaaf een neusmonster af moet nemen. De wattenstaaf hoeft niet zo diep de neus in als bij een test in de teststraat: 2,5 centimeter is genoeg. Het wattenstaafje moet vervolgens in een buisje met vloeistof gedaan worden, die men even moet ronddraaien. Vervolgens is het de bedoeling dat je drie druppels op een teststrip aanbrengt en dan een kwartier wacht. Stagiair bij Op1 Freek deed als proef zo’n sneltest en werd live in de uitzending negatief getest.
Betrouwbaarheid
De resultaten van het onderzoek zijn volgens Kluytmans positief. Acht van de tien besmettelijke mensen kun je met deze test detecteren. Dit zou nog hoger kunnen als er meer gemodificeerd wordt bij de afname. Bovendien is de kans op een onterechte positieve test minder dan één procent. Dat is al hartstikke goed, stelt Kluytmans: “Je moet gewoon heel frequent testen om veilig dingen te kunnen doen. En wat we nu doen, alleen testen met klachten, dan haal je een topje er vanaf, maar er zijn ook mensen zonder klachten. Nu met alleen testen met klachten, haal je alleen het topje er vanaf. Er zijn ook mensen zonder klachten, die al wel gaan verspreiden en daarom moet je extra testen.” Qua monitoren of mensen de tests echt afnemen ziet Kluytman twee opties: digitaal ondersteunen of vertrouwen geven aan mensen.
Waarom duurt het zo lang?
Kluytman geeft aan dat wat zij doen niet mag. Het is tegen de wet. De testen zijn toegelaten onder bepaald keurmerk die bepaald dat het onder medisch toezicht moet gebeuren. Er zijn in andere landen al noodverordeningen om het mogelijk te maken. Veel wet- en regelgeving die dit tegenhoudt. Kluytmans geeft aan dat met de avondklok blijkbaar zo’n spoedwet vrij snel kan. Of er genoeg testen zijn is volgens Kluytmans afhankelijk van de beleidskeuzes die uiteindelijk gemaakt gaan worden.