Wat maakt oesters zo populair?
Een smaaksensatie of toch meer een slok zeewater? Het oesterseizoen seizoen staat voor de deur en dus worden oesters de komende maanden weer volop geplukt en gegeten. Wat is het geheim achter deze Hollandse delicatesse? We bespreken het bij Op1 met culinair journalist Joël Broekaert, chef-kok Soenil Bahadoer en oesterkweker Adriaan van de Plasse.
Het oesterseizoen staat voor de deur en dus wordt het populaire glibberige beestje de komende maanden weer volop geserveerd op de Nederlandse terrassen. Wat maakt het slijmerige schelpdiertje toch zo populair? Voor Joël Broekaert is het antwoord simpel: umami, oftewel de vijfde smaak. “Naast zoet, zuur, bitter en zout, hebben we een vijfde smaak: umami”, aldus de culinair journalist.
Oesters smaken naar Umami
Umami dus. Waar deze bijzondere smaak voor Broekaert bekend is, zullen veel Nederlanders er nog nooit van hebben gehoord. Wat is het precies? “We proeven het allemaal, maar we zijn er hier in het westen nog niet zo lang mee bekend en daarom kunnen we het soms niet goed benoemen of proeven. Mensen hebben vaak niet zo goed door waar ze naar op zoek moeten, maar het is een soort hartige, vlezige, fijne en diepe ondertoon die er in zit.”
“Het zit bijvoorbeeld ook in oude kaas of Parmezaanse kaas”, gaat de journalist verder. “Maar echt ontzettend veel in die oester. Net zoals zoete smaak, maakt umami dopamine vrij in je hersenen. Het is de smaak die hoort bij aminozuren. Dat zijn de bouwstoffen waaruit eiwitten worden opgebouwd, dus je lichaam heeft dat nodig. Wij zijn zo gebouwd dat als we dat proeven we door willen eten. Dat doen oesters dus ook met je. Daarom is het ook zo lekker om een maaltijd te beginnen met een oester. Je krijgt er zin van om door te eten.”