“De Tour de France is er een voor klimmers én sprinters”
Zaterdag gaat de 110e editie van de Tour de France van start in het Spaanse Bilbao. Het belooft een echte Tour voor de klimmers te worden met maar liefst 70 beklimmingen, en dus ook met veel linke afdalingen. Welke renners moeten we in de gaten houden? En wordt de koers niet te gevaarlijk gemaakt? We vragen het oud-wielrenster Roxane Knetemann en Benja Bruijning en Jonne Seriese van de Rode Lantaarn-podcast.
Op zaterdag begint de 110e editie van de Tour de France in Bilbao, Spanje. Deze Tour belooft vooral interessant te zijn voor de klimmers, aangezien er maar liefst 70 beklimmingen zijn, en dus ook veel gevaarlijke afdalingen. Welke renners moeten we goed in de gaten houden? “Het is een tour voor klimmers, maar ook een tour voor sprinters”, vertelt Jonne Seriese.
Niet alleen maar klimmen
En dat zorgt ervoor dat ook de gehele sprinterstop aanwezig is bij de start in Baskenland. “Mensen doen alsof het alleen maar klimmen is, maar dat is echt niet zo. Alle grote sprinters doen mee”, gaat Seriese verder. “In mijn ogen zijn er zes á zeven sprintetappes, maar tussendoor wordt er natuurlijk heel veel geklommen. De mannen met sprinkhanenlichamen komen veel aan bod.”
Kijk hier het hele gesprek over de Tour de France terug.