Minister Karien van Gennip maakt zich grote zorgen over de arbeidsmarkt en de inflatie
Het zijn roerige tijden voor de minister van werkgelegenheid Karien van Gennip: een gigantisch koopkracht pakket, een prijsplafond én stijging van lonen, maar tegelijkertijd de hoogste inflatie ooit. En dan hebben we het nog niet over de enorme personeelstekorten gehad. Moeten we de oplossing zoeken in meer arbeidsmigranten? We bespreken het met de CDA-bewindsvrouw bij Op1.
Karien van Gennip maakt zich zorgen over de krapte op de arbeidsmarkt. Moeten er extra arbeidsmigranten bij? “Ik denk dat we allereerst ervoor moeten zorgen dat de arbeidsomstandigheden van de arbeidsmigranten veel beter worden. Ook moeten we de waarde van werk veel beter waarderen. Op het moment dat die tomaat geplukt wordt of die koffer gesjouwd wordt, dat kost bloed, zweet en tranen. Daar moet je mensen voor waarderen en dan wordt die arbeid wat duurder. Dan krijg je ook de discussie over welke banen je nog in Nederland wil hebben.”
Niet meer arbeidsmigranten
“Ik denk dat we niet zonder de arbeidsmigranten kunnen die we nu hebben”, stelt de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. “Minder kan niet, maar we moeten het wel anders doen. Ik denk ook niet dat meer arbeidsmigranten past. We hebben op dit moment een miljoen mensen aan de kant, waaronder statushouders. Laten we zorgen dat we die aan het werk krijgen. Laten we ervoor zorgen dat we de mensen uit de bijstand en de 55-plussers aan het werk krijgen. Als 55-plussers eenmaal hun baan verliezen, vinden ze niet zo snel een nieuwe baan.”
Vijf tot zeven procent loonsverhoging
Moeten de lonen omhoog nu de inflatie torenhoog is? “De kerninflatie is tussen de vijf en de zeven procent. Dat is de inflatie van onder andere je boodschappen.” Dus de energierekening niet meegerekend. “De overheid heeft de verantwoordelijkheid genomen om het energieplafond in te voeren.”
“Kijk in welke sectoren er wat kan en kijk bij welke ondernemingen wat kan”, roept de minister op. “Je ziet dat een aantal sectoren die oproep gehoord hebben en nette cao’s afsluiten. Vijf tot zeven procent is een mooie richting. Je ziet dat als je het minimumloon met tien procent verhoogd, dat hebben we gedaan en dan gaan de uitkeringen mee, dat betekent dat de mensen aan de basis van de arbeidsmarkt al wat lucht en wat ruimte krijgen. Samen met het prijsplafond en het koopkrachtpakket zorg je ervoor dat de mensen vooruit kunnen.”