Mona Keijzer: “Ik bijt al anderhalf jaar mijn tong af”
Helpen de huidige maatregelen ons nog wel in de strijd tegen corona? Intensivist Armand Girbes vraagt zich af wanneer we corona als normaal onderdeel van ons leven gaan zien. Samen met voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie Elnathan Prinsen schoof hij aan. De toppsychiater schreef een brandbrief aan het OMT waarin hij pleit dat het hoger onderwijs weer open moet. Mona Keijzer werd ontslagen als staatssecretaris door kritiek op het coronabeleid. Ze gaf haar Kamerzetel op en gisteravond gaf ze toelichting.
Oud-staatssecretaris Mona Keijzer wil een vrije rol blijven spelen in het coronadebat: “Ik heb gemerkt dat ik op een actieve onafhankelijke manier hierover meer kan zeggen, dan als één van de honderdvijftig poppetjes in de Kamer. Ik bijt al anderhalf jaar mijn tong af. Het gaat inmiddels over de geloofwaardigheid van de overheid.”
Overtuigen
Eerder maakte Mona Keijzer zich al druk over de invoering van de avondklok. Keijzer: “Nu hebben we weer een lockdown en de discussie over de mondkapjes. De katoenen kapjes blijken ineens niet meer te werken en daarover lees ik amper onderbouwing. Hoe krijgen we mensen nog overtuigd om iets te doen wat voor ons allemaal belangrijk is?”
Einde lockdown?
Moet het kabinet vrijdag bekend maken een einde aan de lockdown te maken? Intensivist Armand Girbes: “Je hebt een ontkoppeling van het aantal mensen dat besmet is en de mensen die in het ziekenhuis belanden. We moeten de modellen ook aanpassen, want zoals die ons half december zijn gepresenteerd: daar is weinig van uitgekomen. Ik denk dat het duidelijk is dat we op weg zijn naar dat we moeten leven met covid.”
Mentale schade jongeren
Psychiater Elnathan Prinsen schreef samen met onder andere de MBO-raad, Vereniging Hogescholen en Universiteiten van Nederland een brandbrief aan het OMT. “Zeker één ding besmettelijker dan het virus en dat is angst en onzekerheid. We moeten ons beseffen hoeveel gezondheidsschade bepaalde maatregelen opleveren. Wij constateren dat de mentale schade voor jongeren heel groot is.”