Ali Niknam: “We moeten de deuren openen voor mensen die bereid zijn risico te nemen”
Ali Niknam wordt binnenkort veertig jaar en die gelegenheid kan hij met een gerust hart vieren. Hij heeft drie bedrijven opgericht die allemaal een waarde hebben van meer dan een miljard euro. Wat is het geheim van de succesvolle ondernemer en heeft hij tips? Bij Op1 vertelt hij hoe hij dit voor elkaar heeft gekregen en welke ambities hij na zijn veertigste nog waar wil maken.
Miljardair voor je veertigste. Het is een droom van velen, maar Ali Niknam is één van de weinge die de droom daadwerkelijk heeft waargemaakt. “Ik wil graag mooie producten bouwen. Het is heel fijn dat die producten dan de wereld ingaan en dan hun eigen leven gaan lijden. Dat is bij al mijn bedrijven gebeurd.” Het klinkt erg makkelijk, maar hoe kom je op ideeën die ook echt succesvol worden? “Je kijkt om je heen en bedenkt wat er beter kan. Als je dan alle energie en tijd erin wil stoppen, wordt het vanzelf een succes”, aldus Ali Niknam
Deuren open
Meerdere grote bedrijven hebben de afgelopen tijd Nederland verlaten. Hoe kunnen we er in ons land voor zorgen dat grote bedrijven zich in de toekomst hier wel blijven vestigen? Ali Niknam: “We moeten de deuren in ons land openzetten voor iedereen die bereid is om risico te nemen in zijn leven. Ze moeten open voor iedereen die bereid is om huis en haard achter te laten om naar een land toe te trekken, waarvan diegene denkt: ‘daar kan ik iets moois neerzetten.'”
Verkeerde discussie
In Nederland hebben we een kleine meerderheid die vindt dat de grenzen niet zo makkelijk open moeten. Hoe selecteer je wie er wel en wie er niet naar binnen mogen? “Ik denk dat de discussie anders gevoerd moet worden. Je hebt twee zaken, de eerste groep zijn de asielzoekers. Die zijn hier niet omdat ze dat willen, maar omdat ze gevlucht zijn. Deze mensen moet je wat mij betreft sowieso helpen. Anders verliezen we onze menselijkheid. De tweede discussie is of de grenzen open moeten voor mensen die hier iets willen bereiken. Ik denk dat je moet zorgen dat die mensen sowieso iets bijdragen aan de samenleving. Dat is een hele andere discussie dan 300 of 400 asielzoekers in Ter Apel.”
