Arjan Postma: “We gaan er zo massaal naartoe dat dieren er niet meer terecht kunnen.”
Het broedseizoen is begonnen! Dat betekent dat dieren en hun omgeving de rust nodig hebben om zich te ontwikkelen. Sinds corona zoeken echter steeds meer mensen de natuur op en worden de natuurgebieden lang niet altijd netjes achtergelaten. Wat zijn de gevolgen hiervan? We bespreken het met boswachter Arjan Postma bij Op1.
Zelfde plek
De natuur is van iedereen en is op veel plekken voor iedereen vrij te bezoeken. Door de coronacrisis gaan mensen echter meer en meer de natuur in. Volgens boswachter Arjan Postma lijdt de natuur daar flink onder en dat komt voornamelijk omdat we ons niet verspreiden. “Als we naar de natuur gaan is dat altijd naar dezelfde plek. Daar is namelijk de parkeerplaats, de kinderspeeltuin of het pannenkoekenhuis. Daar moeten we het met zijn allen doen en daar wordt het dan ook veel te druk.”
Recreatiegebied
Volgens Postma zorgt al het natuurbezoek ervoor dat we ook een hoop niet meer kunnen zien. “We gaan door corona zo massaal de natuur in dat de dieren die er horen te leven er niet meer terecht kunnen.” Er wordt op dit moment volgens hem teveel recreatie toegelaten in natuurgebieden en dus moet er geïnvesteerd worden in meer recreatiegebied. “We hebben op dit moment te weinig recreatiegebieden in Nederland. Veel gemeenten willen daar geen geld aan uitgeven, maar juist de recreatiegebieden zijn de buffer tussen de mensenwereld en de kwetsbare natuur. We hebben meer recreatiegebieden nodig om goed naar buiten te kunnen.”