DNA-onderzoek naar slachtoffers Watersnoodramp

Er zijn nog altijd 105 slachtoffers van de Watersnoodramp vermist. Nu, zeventig jaar later, kunnen onbekende doden alsnog worden geïdentificeerd via DNA-onderzoek. Een oproep van de Provinciale Zeeuwse Courant en de politie Zeeland-West-Brabant heeft tot tientallen aanmeldingen geleid. We praten erover met PZC-journalisten Rolf Bosboom en Noortje de Kroo die er een podcast over maakten, en met nabestaande Jan van den Hamer, die er dankzij DNA-onderzoek achter kwam waar een van zijn tantes is begraven.

Over een kleine twee weken, op 1 februari, is het 70 jaar geleden dat Zeeland werd getroffen door de Watersnoodramp. Jan van den Hamer maakte de ramp als 8-jarig jongetje mee en verloor meerdere familieleden. Rond deze tijd denkt hij regelmatig terug aan die dag 70 jaar geleden. “Het is moeilijk om eraan terug te denken. Als de podcast rond deze tijd was opgenomen, had ik er misschien niet aan mee gewerkt.”

DNA-onderzoek

Door middel van DNA-onderzoek kunnen enkele van de nog altijd 105 vermiste slachtoffers worden geïdentificeerd.  Jan van den Hamer ontdekte op die manier waar een van zijn tantes begraven ligt. “We kregen bericht dat er een match was en dat één van mijn twee tantes was gevonden. Maar het leeftijdsverschil tussen mijn tantes was zo klein dat ze niet kunnen bepalen of het tante Sjaan of tante Koos is. Er is nu een graf en één van de twee ligt daar. Van de ander weten we het niet.” 

Nog steeds worden nabestaanden opgeroepen om mee te werken aan het DNA-onderzoek. Wat kunnen we daar nog van verwachten? Noortje de Kroo: “De mensen die destijds kozen om geen DNA af te staan, daarvan zou het kunnen dat er toch familie ligt. Als ze dat nu toch doen, kan blijken dat er vermisten en familieleden begraven zijn. Dat is natuurlijk waar op gehoopt wordt.”

Kijk hier het hele gesprek over de watersnoodramp terug. 

 

Vergelijkbare artikelen